dinsdag 2 oktober 2007

Plak














Voldaan en uitgerust werd de Kat wakker. De lucht was van een veelbelovend blauw en de wind blies zachtjes de geur van oleander naar binnen.
Terwijl de koffie pruttelde, waste de Kat zich uitgebreid en pommadeerde hij zijn snorharen. Hij bracht zijn ontbijt het dak op en strekte zich uit in de zon, nieuwsgierig naar wat de dag hem brengen zou. Uit een raam verderop zweefden de klanken van Satie's 'Airs a faire fuir' zijn richting op en maakten hem samen met de zon loom. Langzaam doezelde hij weer weg en zag de kolderkat op de maat van de muziek voorbijvliegen terwijl deze bromde dat Rome ook niet op een dag gebouwd was en dat daarbij de tuin nog moest worden bijgewerkt. Daarop haalde hij demonstratief een gieter tevoorschijn en leegde deze volledig op de Kat die wakkerschrok en zag dat er een wolkbreuk boven Ciudad was losgebarsten.
Hij droogde zijn geteisterde vel en ging in zijn roodleren stoel met de koperen knopjes rond de bekleding naar het leegspoelen van de straten kijken.
Misschien moet ik een vliegboek kopen, dacht hij. In een antiquariaat had hij ooit een geillustreerde Elegie der Vliegkonst gezien, waarin vanaf de eerste vleugelslag tot en met de laatste landing verslag werd gedaan van het leven van een aantal vliegkunstenaars. Daarin wordt vast uitgelegd hoe het moet, dacht de Kat. Het helpt ook vast als ik met de trein naar Verdades ga; daar ken ik niemand en voel ik me niet opgelaten als ik niet in een keer de lucht inkom. Een parachutesprong kan ook, al moet ik daar op mijn leeftijd eigenlijk niet meer aan beginnen. Of toch gewoon hier thuis-maar het huis is zo hoog. Om zich daar nog even van te vergewissen, keek hij uit zijn raam en zag dat het droog was. Eerst maar kijken of ik dat boek nog kan vinden.
Overtuigd van zijn project was hij niet. Aarzelend wilde de Kat omhoog komen uit zijn stoel, maar dat lukte niet.
Hij zat vast, muurvast.